ChristenUnie en PvdA willen onmiddellijke redding schaapskuddes
De provincie moet onmiddellijk geld vrijmaken om het handjevol schaapskuddes dat Overijssel nog heeft te redden. Dat vinden de Statenfracties van ChristenUnie en de PvdA.
'Gescheperde' schaapskuddes met herder zitten al jaren in financieel zwaar weer. Dat bleek ook bij een bezoek dat Arjan Hof (ChristenUnie) en Annemieke Wissink (PvdA) vrijdag brachten aan de schaapskudde Hof van Twente. De herder denkt nog één jaar te kunnen overleven. Daarna dreigt bankroet en het definitief verdwijnen van de kudde, die op de UNESCO-lijst van immaterieel cultureel erfgoed staat. En de paar andere kuddes die Overijssel nog telt staan er niet veel beter voor. "In februari hebben we statenvragen gesteld over de stand van de kuddes," zegt Hof. "Uit de antwoorden bleek dat de provincie sinds herfst 2016 met partners praat over de problematiek van de gescheperde kuddes. Op zich goed, maar de provincie had vóór 1 maart financiering moeten regelen. Inmiddels is het juli. Als we nog veel langer wachten is het te laat.”
Redding voor een koopje
“Het verdwijnen van onze schaapskuddes zou onvergeeflijk zijn,” vindt Wissink. “Het kan echt niet dat we zo'n stuk van onze cultuur gewoon met z'n allen laten verdwijnen. De provincie is sinds 2013 verantwoordelijk voor afspraken met schaapherders. Staatsbosbeheer heeft berekend dat een kudde nu met 30.000 euro in het jaar gered kan worden. Voor dat geld onderhouden ze het landschap, trekken ze toeristen én behouden we een stuk van onze cultuur – dat noem ik een koopje. ”
'Pure noodhulp'
Hof omschrijft een provinciale bijdrage aan de herders als 'pure noodhulp'. “Uiteindelijk moeten kuddes toe naar een sluitende exploitatie, zonder dat de overheid telkens bij moet springen. Dat kan ook, dat hebben we vrijdag gezien. Door de kuddes een rol te geven in natuurinclusieve landbouw, door lokaal wol en vlees af te zetten en door een eerlijke vergoeding voor hun recreatieve en maatschappelijke rol kunnen kuddes zichzelf bedruipen. Maar er is tijd nodig om die nieuwe modellen te ontwikkelen en op te zetten. Die tijd hebben de kuddes niet. Er moet nu iets gebeuren, anders bestaan ze volgend jaar niet meer. Dat zou ik mezelf echt kwalijk nemen.”